27-08-2003
Een beetje vertier
29-07-2003
Lorraine
Het huidige Lotharingen is het restant van het zogeheten Middenrijk dat ontstond na de verdeling van het rijk van Karel de Grote. Het strekte zich uit van de Noordzee tot in Italië, en was vernoemd naar Lotharius I. Het hertogdom Lotharingen werd in de loop der eeuwen heen en weer geslingerd tussen verschillende belangen en koninkrijken. Nancy was de zetel van de hertogen van Lotharingen en de stad waar de illustere koning Stanislas Lesczinski zijn sporen heeft nagelaten.
Lotharingen is rijk aan symbolen waarvan het meest bekende wellicht het Lotharingse kruis is, met een dubbele dwarsbalk. Ook historische figuren als Jeanne d'Arc hebben door de tijd heen een symboolfunctie gekregen. Tegenwoordig worden deze symbolen echter vaak gebruikt ter ondersteuning van conservatieve denkbeelden en patriotisme.
Tegenwoordig bestaat de regio uit de departementen Moselle, Meurthe-et-Moselle, Vosges en Meuse. De Regionale Raad (Conseil régional) zetelt in Metz, de hoofdstad van het departement Moselle, die immer wedijvert met Nancy, de historische hoofdstad. Samen vormen deze steden een belangrijke groeipool.
Historische beelden
De website « Images de Lorraine » geeft middels foto's en video's een beeld van het verleden van Lotharingen: politiek, economie, folklore, en patrimonium. Klik op « naviguer » om gericht te zoeken.
28-07-2003
Meuse

De hoofdplaats is Bar-le-Duc, een provinciestad met een belangrijke streekfunctie. De stad heeft een klein, gezellig centrum en is vooral interessant vanwege de middeleeuwse bovenstad met kleine straatjes en mooie gevels. In de kerk Saint-Étienne is een van de beroemdste werken van Ligier Richier te zien - le Transi - dat een goed voorbeeld is van de visie van kunstenaars ten tijde van de Renaissance. Klik hier voor een filmpje van de beneden- en de bovenstad.
27-07-2003
Wat een mazzel!
26-07-2003
Omgeving

- Avioth: wonder van Middeleeuwse bouwkunst (filmpje - reportage van TV Lux)
- Brandeville: pittoresk dorp in de boomgaarden
- Lissey: een oud wijndorp
- Mangiennes: de stilte van het platteland
- Marville: overblijfsel van een rijk verleden
- Mont-devant-Sassey: prachtige romaanse/vroeg-gotische kerk
- Montmédy: dominante vesting gebouwd door Vauban
- Louppy-sur-Loison: imposant kasteel in klein gehucht
Versterkte kerken

Wandelen en fietsen

Boeren wandelen niet, dat is een luxe voor stedelingen. Daarom is er rond Saint-Laurent niet een goed net van wandelpaden en zijn begaanbare wegen en paden à priori bedoeld voor auto's, tractoren en landbouwmachines om wei- en akkerland en de bossen te kunnen bereiken. Niettemin biedt de « Chemin des moines » ons vanuit het dorp door het dal van de Othain een prachtige rondwandeling van enkele uren. En ook een « rondje Grand-Failly » is beslist de moeite waard.
Maar met een goede kaart is het prima te doen, ook al moet je soms door een stuk land banjeren omdat het pad ook is omgeploegd... En natuurlijk is fietsen ook een optie voor wie de kuiten wil ontwikkelen, door de Meuse of in het Parc naturel régional de Lorraine.
25-07-2003
Natuur
In het voorjaar is de natuur op zijn mooist in de Meuse. Niet zo verwonderlijk want na de kale winter begint alles weer uit te lopen en is er overal bloesem. De opvallendste eerste bloeiers zijn de wilde kornoelje (cornus mas) met zijn tere gele bloempjes, in de bermen de sleutelbloem - die lokaal « coucou » wordt genoemd - en de witte bosanemoon. En niet te vergeten de witte bloesem van de sleedoorn en de krentenboompjes.

De kalkgraslanden zijn een interessant fenomeen waar vele zeldzame planten en insecten te vinden zijn. Deze natuurterreinen liggen verspreid over de regio en worden zorgvuldig beheerd. In Villécloye bij Montmédy ligt op een zonnige helling een kalkgrasland dat beheerd wordt door het Conservatoire des sites lorrains. Het loont zeer de moeite om hier in mei of juni naartoe te gaan voor de vele bijzondere planten en de mooie vergezichten. Daarna zijn de orchideeën uitgebloeid en worden de schapen losgelaten om te « maaien ». Ook in Charency-Vezin en Torgny (B) zijn er kleine natuurreservaten die erg interessant zijn. De bossen en natte gebieden in het kanton Spincourt vallen onder de speciale bescherming van het Europese project Natura 2000.
Floraine, de vereniging van Lotharingse botanici, heeft in 2002 een project opgestart dat de regionale flora in kaart brengt, met het doel deze te inventariseren en waar nodig te beschermen. In 2013 heeft dit geresulteerd in de publicatie van een kloeke atlas waarin 1800 plantensoorten beschreven staan.

De Meuse is zeer bosrijk en daarom aantrekkelijk voor wild zoals reeën, wilde zwijnen en vele andere dieren. Helaas zijn de Fransen geboren jagers en van oktober t/m februari wordt er flink geknald. Ook wandelaars moeten dan op hun hoede zijn! Een vredelievender tijdverdrijf is het zoeken van paddestoelen. Bekende soorten zijn de weidechampignon, de cantharel, de boleet en de « trompette de mort ». Apothekers kunnen uitsluitsel geven of de oogst al dan niet giftig is. Opgelet dus!
Meer informatie
24-07-2003
Kunst
Jules Bastien-Lepage 1848-1884
Bastien-Lepage ontwikkelde een eigen visie en naturalistische stijl die zich situeert tussen laat-romantisch en impressionistisch. Met name zijn kijk op de natuur en het platteland, ontdaan van iedere vorm van schone schijn en romantiek, was vernieuwend. Naast een reeks treffende society portretten heeft hij schitterende impressies van het plattelandssleven en dorpsfiguren nagelaten.
Zijn werk had redelijk succes en hij ontving zelfs belangrijke prijzen en onderscheidingen zoals het Légion d'honneur. Het is ondermeer te bewonderen in het Musée Bastien-Lepage in de citadel van Montmédy. Vijf jaar na zijn vroege dood werd zijn beeld onthuld in Damvillers, gemaakt door Auguste Rodin. Erachter werd een klein mausoleum gebouwd voor hem en zijn familie.
In 2007 werd van 6 maart tot 13 mei een retrospectieve expositie van zijn werk gehouden in het Musée d'Orsay in Parijs. En van 14 juni tot 3 september was deze expositie te zien in het Centre mondial de la paix in Verdun. Weliswaar kleiner van opzet dan in Parijs, heeft deze editie meer dan 15.000 bezoekers getrokken.
Een interessante uitleg van zijn schilderij Jeanne d'Arc door de fotograaf Robert Polidori is te zien in dit filmpje.
École de Nancy

Moderne kunst
Eigen werk
Vooral kerktorens - zoals die van de basiliek in Avioth - zijn markante elementen in het landschap en functioneren vaak als een baken als je je verloren waant tijdens het wandelen. De kerkgebouwen - doorgaans niet toegankelijk - maken indruk door hun ontroerende eenvoud, overweldigende grootsheid, of het weemoedige kerkhof dat hen omringt.
Alles wat de Meuse zo boeiend maakt is het waard om geschilderd worden, zonder enige andere pretentie dan het weergeven van een persoonlijke impressie...
Voor meer werk zie mijn pagina bij Expressiegroep de Ruif.
23-07-2003
Dombras
En natuurlijk ook een grote stal, een enorm dak dat lekte bij iedere regenbui, spinnewebben bij de vleet, een puinhoop van een ruïne, een indrukwekkende berg troep en vuil, een zolder vol hooi, een kelder met een gigantische voorraad lege flessen, geen sanitair en verwarming, kortom « un vrai bordel ». Bovendien hadden we geen enkel benul hoe we dit moesten aanpakken!
We noemden het « Le Tournesol » omdat er op alle uren van de dag zon was. We raakten snel verknocht aan dit huis met al z'n ongemakken en uitdagingen dat door de jaren heen werd opgeknapt en gedeeltelijk herbouwd, en vanzelfsprekend ook aan het dorp en de omgeving. De houtgeur van de fornuizen bij aankomst, de buren en de andere dorpsbewoners met hun verhalen, figuren als Godfroi met zijn ezel, de « vrouw die op een man lijkt » en ook « La France » die de krant rondbracht, het jaarlijks bal, de kerk en de kroeg. En niet te vergeten de alom geliefde Raymond Urbain, de vorige bewoner van ons huis die we helaas niet hebben gekend. Een heel rijke en onvergetelijke ervaring met ontelbare herinneringen!
Over het dorp

Er bestaan geen mooiere uitzichten dan die over de Plaine de la Woëvre. Komend vanuit het bos van Grand-Failly of vanuit Delut over la Rappe, is het zicht op Dombras gewoonweg schitterend.
Een anecdote
Inmiddels hadden we het fenomeen houtfornuis ontdekt en via de fameuze Marie-Louise - wier buurman een dienstkameraad had die oude fornuizen oplapte - konden we er een op de kop tikken. Bij aflevering stond de hele buurt op de stoep en blijkbaar was iedereen gerust gesteld. We zouden het nooit meer koud kunnen hebben...
En later...
Helaas bleef Dombras niet meer wat het was zoals in de « bon vieux temps » van de jaren 1980. Omstandigheden zijn aan verandering onderhevig en in 1999 werd het huis verkocht, weliswaar met pijn in het hart. Tot we vier jaar later weer opdoken in het naburige Saint-Laurent-sur-Othain.
In vroeger tijd
Een duidelijke datering van « Le Tournesol » is niet te geven. Het huis is wel aangegeven op een kadastrale kaart uit 1847 die duidelijk toont hoe complex de verschillende percelen in elkaar staken. Een voorbode misschien van de problemen die wij later ondervonden...
In het begin van de twintigste eeuw was Dombras nog een eenvoudig boerendorp zonder licht of stromend water waar het hard bikkelen was om de eindjes aan elkaar te knopen. Deze ansichtkaart van de rue Napoléon geeft een goede indruk van het dorpsleven in die tijd.

22-07-2003
Het dorp nu

De gemeente beslaat een totale oppervlakte van 1600 hectare, waarvan ruim een kwart bos. De meeste Lotharingse dorpen worden gekenmerkt door een geconcentreerde bebouwing waarbij de huizen en boerderijen tegen elkaar zijn gebouwd langs de weg, een zogeheten « village rue ». Ook in Saint-Laurent is dit het geval maar het is niettemin een vrij uitgestrekt dorp. Het is hoog gelegen boven het dal van de Othain op 232 m. en omgeven door akkers, weilanden en bos. De onderstaande ansichtkaart geeft een goede indruk van de ligging van het dorp.

De belangrijkste bezigheid van met name gepensioneerden is de moestuin waar groenten en bloemen worden geteeld; samen met het weer is dit vaak het gesprek van de dag. Begrijpelijk, want men moet er wel van eten! Sommigen hebben ook nog wat kippen en konijnen. Ook deze verdwijnen bijna zonder uitzondering in de pan. Er zijn zelfs specifieke regionale rassen zoals de « poule meusienne » en de « papillon lorrain ». Hengelen is ook een geliefde bezigheid van veel plattelandsbewoners. Buiten het dorp bevinden zich « les Etangs de Mi-Puits » waar zelfs een voorziening voor gehandicapten is.
21-07-2003
Het dorp toen
In het Bulletin de la Société Préhistorique Française (vol. 26 [1929], no. 10, pp. 481-492) wordt in de rubriek « Nouvelles diverses » verslag gedaan van deze opgravingen:
« L'Administration des Beaux-Arts fait actuellement procéder à Saint- Laurent-sur-Othain (Meuse) à d'importantes fouilles archéologiques.
C'est notre excellent Collègue G. Chenet, du Claon, qui en assure la direction scientifique; M. Marcel Delangle, architecte des Monuments historiques lui est adjoint pour la partie technique.
Au lieudit le Châtelet des substructions gallo-romaines d'un grand monument sont entièrement dégagées : de nombreux fragments de sculptures et de bas-reliefs ont été recueillis, certains de belle conservation sont de grand intérêt.
Un puits muré a été fouillé déjà jusqu'à 30 mètres ; il a livré divers objets et des débris de sculptures des plus intéressants.
M. G. Chenet a commencé aussi l'étude, sur le flanc du « Châtelet » d'une vaste nécropole mérovingienne. Les travaux se poursuivent avec activité. »
Een jaar later meldt Chenet in Comptes-rendus des séances de l'Académie des Inscriptions et Belles-Lettres, 74e année, N. 1, 1930. pp. 27-28 dat het zou gaan om een verdedigingswerk uit de derde eeuw van een zeer bijzonder type: een meerzijdige omwalling waarin zich een grote put en de basis van een uitkijk- of verdedigingstoren bevond. Deze « burcht » zou deel hebben uitgemaakt van een linie om de verbindingsweg te verdedigen van de grote wegen tussen Reims en de Argonne naar het Rijngebied. Er zijn onder meer munten en het mondstuk van een bronzen militaire trompet gevonden. De burcht werd waarschijnlijk verwoest tijdens de grote invasie van de Germanen in de jaren 275-276.

De kaarten van Cassini dateren uit de 18de eeuw en werden geroemd om hun kwaliteit. Om Saint-Laurent-sur-Othain te vinden klik op « rechercher un lieu », vervolgens halverwege in het pop up menu de plaatsnaam intikken, dan klikken op « rechercher » en in het vak eronder verschijnt in rood de plaatsnaam, op de plaatsnaam klikken en daarna op « carte ».
Het oude feodale kasteel is verdwenen, maar er zijn nog verscheidene huizen uit de 18e en 19e eeuw; het jaartal is boven de deur uitgehouwen. De kerk dateert uit 1808, maar het portaal en de toren uit 1790. Van de kapellen resteren nog Notre-Dame de Bon Secours (met een beeld van Saint-Donat die beschermt tegen onweer) op de weg naar Marville, en Notre-Dame de Luxembourg uit 1737 waarvan de gebrandschilderde ramen jammerlijk vernield zijn.
Beelden van toenIn vroeger tijden werden op het platteland vrijwel uitsluitend portretten en groepsfoto's gemaakt voor speciale gelegenheden, maar ook dorpstaferelen en ambachten waren een geliefd onderwerp. Om een indruk te krijgen van het dorpsleven zijn oude ansichtkaarten een goede informatiebron en daarom ook een gewild verzamelobject. Deze kaart dateert uit de periode 1900-1914.
De scheidslijn tussen toen en nu is niet altijd duidelijk te trekken, met name in een dorp waar ogenschijnlijk de tijd lang heeft stilgestaan. Niettemin zijn er veel veranderingen in het dorpsleven op allerlei vlak, maar het verleden heeft een aantal stille getuigen...
De kerkBoven het ingangsportaal van de kerk staat een inscriptie die refereert aan de Franse Revolutie. De godsdienst werd afgeschaft, er vond een ware beeldenstorm plaats en de kerk werd een « Temple de la Raison ». De kerk van Saint-Laurent is de enige in Frankrijk waar dit nog duidelijk te zien is. De patroonheilige is vanzelfsprekend Sint Laurentius, die onder meer de bibliothecarissen onder zijn hoede heeft.
De arme Laurentius kwam droevig aan z'n eind, hij werd levend geroosterd op 10 augustus in het jaar 258. Rond deze datum wordt jaarlijks het dorpsfeest - fête patronale - gehouden. Bekende uitdrukkingen die verwijzen naar deze patroonheilige zijn:
- Saint Laurent partage l'été par le milieu
- Quand il pleut à la Saint Laurent, la pluie vient assez à temps
- De la Saint Laurent à Notre Dame, la pluie n'afflige pas l'âme.
De kapel
De kapel Notre-Dame de Luxembourg dateert uit 1737 en is gewijd aan Onze Lieve Vrouwe, Troosteres der Bedroefden. Deze kapel, die buiten het dorp aan de weg naar Noers is gelegen, is al lang buiten gebruik en helaas ten prooi gevallen aan vandalen. Van de mooie gebrandschilderde ramen is niets meer over...
De molen
Vlak voor de brug over de Othain ligt een oude watermolen. Op de foto is te zien dat dit soms heel letterlijk te nemen valt, aangezien de rivier in regenrijke jaargetijden flink buiten zijn oevers kan treden. Er ontstaan dan uitgestrekte watervlakten en in het ernstigste geval wordt zelfs de weg naar Noers afgezet aangezien er dan geen verkeer mogelijk is.
De wasplaatsTegenwoordig heeft ieder huishouden een wasmachine, maar vroeger waren er « lavoirs », publieke wasplaatsen. Deze waren overdekt en voorzien van een grote bak met koud stromend water waarin de was op « ambachtelijke wijze » werd gedaan. Voor de vrouwen was dit een uitgelezen gelegenheid voor kletsen en roddelen. In het noorden van de Meuse zijn er nog verscheidene intact en gerestaureerd. Sommige zijn heel speciaal, zoals in Lissey met het gemeentehuis boven de wasplaats, en in Halles-sous-les Côtes die lijkt op een Griekse tempel. Deze eenvoudige wasplaats in Saint-Laurent heeft een mooie dakbedekking uit gehouwen steen en is gebouwd rond 1860 volgens het tunnelprincipe. De monumentale wasplaats in Billy-les-Mangiennes huisvest een permanente expositie, en is het startpunt van een circuit.
Meer interessante historische informatie is te vinden op de webstek van het naburige dorp Sorbey.
Voor plaatjes uit de oude doos klik hier.
20-07-2003
Toch weer naar Frankrijk!


Van oorsprong was het een eenvoudige landarbeiderswoning met slechts twee vertrekken: een keuken en een (slaap)kamer. Er was geen sanitair, stromend water of electriciteit. In de keuken (nu de salon) is een pomp en een stenen gootsteen in het raam, en onder de schouw zal ongetwijfeld een authentiek houtfornuis hebben gestaan. Achter deze schoorsteen bevindt zich een « taque », een kast die kan worden opengezet om het andere vertrek enigszins van de warmte te laten profiteren. Nu zijn daar de eetkamer met keukenhoek en toilet. Al deze oude elementen zijn bewaard en geven het huis veel charme, evenals de balken en de eiken vloeren. Op de zolder werd vroeger het hooi opgeslagen. Daar is nu een slaapkamer met douche en een overloop met slaaphoek.
Ook in 2004 zijn een aantal reparaties uitgevoerd en werd de achterwand in de salon vernieuwd. En natuurlijk werd de decoratie niet vergeten.
Voor het huis is nu een tuintje, maar vroeger was dit een zogeheten « usoir » , een strook gemeentegrond voor de opslag van hout, materiaal en stalmest. Dit is tegenwoordig niet meer toegestaan. Ook dit tuintje werd grondig aangepakt - met perkjes, decoratieve elementen én ouderwets grind - om er gezellig te kunnen vertoeven en van de zon te genieten. Soms krijg je zelfs gezelschap van katten uit de buurt of een koppeltje egels!
Ook de verderop gelegen kleine schuur is opgeknapt. Allereerst werd het dak vernieuwd en vervolgens werden er luiken in de ramen gezet. In de zomer van 2006 werd de stal uitgemest, de houtvoorraad aangevuld, én luiken en deuren geschilderd.